Was het afgelopen maand een gekkenhuis met zware agendapunten, nu valt ineens een stilte. Een maand geen raadsvergadering. Op Twitter tuimelen journalisten en volgers over elkaar in stijgende verbazing. Honende oneliners versus verwondering of bewondering en ook ik vraag mij af hoe dit kan. Iets teveel gevraagd van het college, iets teveel gevraagd aan het ambtelijk apparaat, door een door dadendrang getroffen raad? De ban lijkt verbroken na de laatste beschouwingen. De raad aan het stuur maar de raad weigert zelf te duwen. In het presidium wordt gewikt en gewogen en besloten. Kwaliteit van onderliggende stukken en de kwaliteit van onderlinge relaties worden getoetst. Daardoor ontstaat de ruimte om deze periode goed te gebruiken om terug te kijken op de eerste 26 weken. Wij als D66 (dus even op de hei met elkaar voor de komende 26 weken), wij als coalitie (relaties moet je onderhouden dus snel een benen-op-de-tafel-sessie) en ik als beginnend fractievoorzitter (met veel te veel ideeën en veel te weinig tijd; je kunt er zo je werk van maken…)

Ik probeer na de eerste politieke storm te ontdekken welke draadjes, leidraden en knopen er zijn gaan liggen en tel te lang. Vertaald naar de agenda wordt dat spannend en weerbarstig: Mijn eigen werkagenda gaat, volgens beproefd jaarlijks ritueel, overlopen en de heerlijke avondjes zijn dus gekomen. Daartussen door dus de rust van de Raad en de raad om er iets mee te doen. Denken over de toekomst terwijl de storm de takken van de bomen rukt en de wereld winterklaar stampt. Denken over mijn politieke toekomst terwijl ik nog zoveel wil en wil doen en wil doen gebeuren. Met zoveel. Met zoveel mensen.
Op zoek naar kennis over en inzicht in deze dip, blijkt dit volgens de griffie al jaren zo te gaan: begroting in oktober, loting in november (ja/nee* doorhalen wat niet van toepassing is), het omzien bij de Buren (hoe loopt daar de begroting) en afvragen of dit alles is en de rest van de maand niets. Met als troost dat ‘frustratie’ een teken is van groei, blijft het zoeken naar dat originele, dat oorspronkelijke dat er al jaren niet meer was. Het initiatief dat verrassend gaat bijdragen. Het initiatief dat getuigt van visie. Het initiatief dat past bij dat ‘nieuwe besturen’. En terwijl de karaf van bitterheid is leeggedronken en de verliezers niet meer omzien maar gaan meedoen, wordt het wachten op een verrassing: het initiatief.
“Wachten op het initiatief” als paradoxaal motto voor november of als gekregen tijd voor reflectie. Een verrassende voorbereiding voor de rest van het politieke jaar. Een jaar dat halverwege een ‘Oud&Nieuw’ kent in plaats van aan het eind. Halverwege champagne en een speech. En dan, dan gaat alles door, de volgende 26 weken en voor je het weet begint het opnieuw. Het initiatief met contouren voor de komende jaren. Een coalitieakkoord dat richting krijgt, een initiatief dat vlees op de botten geeft. En dat allemaal in November. Een handje vol mensen. Enthousiast. Een handje vol op 26.000 medebewoners. We noemen het politiek maar het wordt besturen op hoofdlijnen en we geven er allemaal vorm aan, richting aan, doen er iets aan.
Ik zie de bui al hangen: December gaan we twee raadsvergaderingen doen en dan smacht iedereen naar een kerstreces maar dat hebben we wegbezuinigd – het kan immers effectiever…