Waar ik mij dus steeds meer aan erger is de ‘terloopse regel’ in de politieke vergaderingen en in stukken. Het en-passant nog wat toevoegen. Alsof het small-talk is, maar het is alles behalve small-talk. In de politiek is zo’n gesmoorde regel meestal een bom, verpakt in een ondoorzichtig taalmoment: “Oh ja, nog één dingetje…”. En dan wordt er een dreigend extra gat van 3 miljoen euro aangekondigd terwijl iedereen zijn tas aan het inpakken is, zoals laatst in de commissie Grond in Geldermalsen. Of het valt onder de categorie ‘ouwe-jongens-krentebrood’: “tussen jou en mij gezwegen” (of ‘gezegd’ al naar gelang uit welke provincie men komt) en dan ontploft het wel weer op Twitter of in de krant, maar het kwaad is geschied en ik erger mij daar aan.
De meest irritante terloopse regels, zijn die regels, die er ‘automatisch’, zeg maar helemaal vanzelf, in komen te staan, quasi onschuldig en goed bedoeld of vergeten, maar ondertussen. In Geldermalsen zit zo’n regel standaard in het verslag als het gaat om de aanbestedingen: “De genoemde aanbestedingsvoordelen laten zich overigens niet één op één vertalen naar een financieel voordeel in de begroting”. “En waarom dan niet?”, vraag ik dan telkens in zo’n vergadering en dan volgt een belofte of een voorbehoud. En in dat voorbehoud zit het venijn. Het laat iets zien.
Het legt het besturingsmodel bloot, het laat pijnlijk zien dat het nog helemaal niet gedaan is. Dat er weer een verantwoordelijkheid wordt genomen, die niet genomen had mogen worden. Een verantwoordelijkheid die -helaas, want dat is de regel, ons weer handenvol extra geld gaat kosten. Meerwerk omdat we, tegen beter weten in, weer zo nodig willen meedenken. We willen kunnen kijken tijdens de bouw, ons er mee bemoeien, terwijl we nota bene geen bouwers zijn. Dan geldt de regel: “Wie bepaalt, die betaalt”. Dat is de oude regel en niet alleen in de bouw. Dat ‘willen bemoeien’ had niet gemogen: we maken een afspraak hoe het moet worden, natuurlijk tot in de puntjes, als het moet (want het kan) tot in 3-D. Dan pas wordt het uitgerekend, definitief aanbesteed en klaar. We kunnen rustig wachten tot het klaar is. Hun probleem. En voldoet het bij oplevering niet aan onze eisen: hun probleem. Zo was de afspraak. Zo is de afspraak met huurders, zo hoor je het ook te bouwen. Zo hoort het ook met de afspraken met de gemeenteraad.
Maar ja, dat aanbestedingsvoordeel van het MFC van een miljoen kan natuurlijk niet één op één vertaald worden naar een financieel voordeel. Het MFC is de natuurlijk de uitzondering op de regel. Dat gaat nog bakken geld kosten. Daarin is Tiel niet uniek en kan het niets van ons leren (zie Dagblad Rivierenland zaterdag 14 juni 2014). Zo zijn immers onze regels