Anderhalf jaar in de politiek, anderhalf jaar verder en dus vraagt een goede vriend of ik al iets bereikt heb. Van wat ik in mijn hoofd had dan. Ik kijk links boven en raak een beetje met stomheid geslagen. Heb ik iets bereikt? Was ik daar mee bezig dan. Natuurlijk was ik daar mee bezig, maar voornamelijk toch met meedoen en meedenken, een positie verwerven in het gremium en een balans vinden tussen werk en politieke hobby. Uiteraard was ik al een jaar alert op de ‘ontgoochelde leerling’, dat gevoel blijft tot op heden weg dus leek mij geen vuiltje aan de lucht. Of ik iets bereikt had, nou, niet in de vorm van een mijlpaal of een kanteling. Dat is ook schier onmogelijk want er is veel in beton gegoten, processen kennen hun eigen tijdspad, onwrikbaar opgesloten in de mores die ik dag na dag beter leer kennen. Patronen liggen vast en kantelen kantelen amper.

Er is natuurlijk veel gebeurd of juist niet maar daar was ik bij en deed ik mee. Vol overgave en met alle gedrevenheid die maar passend was.
Maar de burgemeester is niet dankzij mij weggegaan, de nieuwe is niet op mijn voorspraak gekozen, de Lingebrug gaat niet door maar niet op mijn instigatie, het coalitieakkoord is niet uit mijn pen gevloeid. Begrotingen kwamen en gingen, worden nu mede-samengesteld door de nieuwe tripartite. Er is nog steeds lichtvervuiling, en fietsende scholieren moeten nog steeds in de bermen vluchten vanwege te brede landbouwvoertuigen met te hoge snelheid. Zoveel gebeurd, zoveel te doen. Dat komt ook door al die petten, die rollen en functies die je automatisch krijgt in de politiek, als raadslid, als fractievoorzitter, als , als van alles:
De ene dag ben ik de kritische journalist, dan weer de reaguurder, of soms zelfs bijna de verbitterde, wantrouwende. Weer een andere dag voelt het als een Salomon te zijn met geen enkel oordeel op zak, zorgvuldig oude kennissen, vetes bij groepen en vooroordelen bij weer anderen te verbreden en hen te laten ontwikkelen in hun mening. Dan weer als bestuurder en denken in termen van bereiken (en soms een beetje vermijden –onvermijdelijk)
Wat drijft is dat vage, die contour, die we tot aan in de jaren 90 van de vorige eeuw ‘visie’ noemden, totdat de halfwetenden er ‘missie’
van maakten en de tijdspanne definitief verkorten. Zo verwordt een beoogd toekomstbeeld op Geldermalsen een eenvoudig overlegproces van maximaal 3 bijeenkomsten met een tot nu toe vage uitkomst. Draagt het iets bij aan de gedragenheid of aan gelatenheid en is dat belangrijk, belangwekkend of dient het geen belangen.
Ik begrijp mijn vriend wel, ik jaag geen standpunt na, ik werk aan belangen, geen red oceanstrategie maar vanuit een visie op de toekomst
en nu specifiek gericht op Geldermalsen, daarin heb ik een stevig beeld. En dat doe ik niet alleen; blindelings vind ik mijn fractiegenoot hierin, terwijl onszelf nog geen eens de tijd hebben gegund hierover te praten. We liggen op koers in onze blue ocean, mij is het duidelijk. Het staat mij voor ogen maar daarmee heb ik nog geen direct antwoord op de hamvraag voor over 2 jaar. Want ik wil dit blijven doen.